"Eerder hebben we voor de Dierenbescherming een algemeen Programma van Eisen opgesteld, dat als basis dient voor het ontwerp van elk nieuw centrum dat zij realiseren. De grote expertise die zij hebben op het gebied van dierenwelzijn is hierin én in dit centrum verwerkt," legt Jeroen Kaan, projectleider bij LIAG, uit. “Een dierenopvang is per definitie een stressvolle omgeving voor gezelschapsdieren. Daarom hebben we specifieke maatregelen genomen om een prikkelarme omgeving te creëren. Zo zijn hondenverblijven volledig afgesloten tot het plafond om geluidsoverlast te minimaliseren. Daarnaast is veel aandacht besteed aan de inrichting van elke ruimte, zodat ze aansluiten bij het natuurlijke gedrag van de dieren. De kattenunits zijn bijvoorbeeld uitgerust met klimelementen en rustplaatsen op verschillende hoogtes."
Het basisprincipe is individuele huisvesting voor elk dier, hoewel het mogelijk is om de units onderling te koppelen. Er is ook een verbinding tussen het verblijf binnen en buiten. "Dit gebouw is niet alleen gunstig voor het dierenwelzijn, maar draagt ook bij aan de hoge duurzaamheidsambities van de Dierenbescherming," vervolgt Jeroen. "Het centrum is modulair opgezet, zodat het eenvoudig kan inspelen op toekomstige veranderingen. Deze ambities komen verder tot uiting in het energieprestatielabel A++++, de gebruikte materialen en de natuurinclusieve maatregelen."