Een ontwerp van... Scheffer? Rosenburg?
Scheffer en Roosenburg claimden beide het ontwerp van de Lichttoren – of Scheffer met assistentie van Roosenburg, in het meest gunstige geval. Immers, Scheffer was benaderd door Philips en door hem kreeg het bureau TABROS deze opdracht. Voor hem was dit een reden om onder de meeste ontwerptekeningen zijn handtekening te zetten. Hoewel, toen bestond al een schetsontwerp van Roosenburg, waar hij Philips als bedrijf prominent in de stad had geplaatst. Hij zag zichzelf als de architect binnen het bureau en de andere twee als de ingenieurs. Scheffer erkende dat het idee van een toren op de hoek van Roosenburg kwam, net als de rangschikking van de volumes ten opzichte van de bestaande fabrieken. Overigens zette (ook) Ten Noort dit gebouw op zijn werkenlijst.
Een 'licht' baken herrezen
Het resultaat van deze opdracht weerspiegelde de functionalistische ideeën van het Nieuwe Bouwen – een gebouw van beton, staal en glas was gerealiseerd. Tevens was een ‘licht’baken verrezen in de binnenstad. Op de Catherinekerk na, was dit het hoogste gebouw in Eindhoven. Hier brandde dag en nacht licht; de kleur ervan kon variëren. De hoogbouw was ingericht als testruimte voor brandduurproeven van diverse soorten lampen, in de laagbouw vond de productie van radiobuizen plaats. Op deze toren prijkte de bedrijfsnaam, in grote blauwe neonletters.
Het industriële verleden behouden
Nu symboliseert deze toren het industriële verleden van Eindhoven. Het is een rijksmonument geworden, gelegen naast de Witte Dame (een productiefaciliteit voor gloeilampen, en eveneens een ontwerp van Roosenburg). De functie ervan veranderde – van fabriek naar hoofdkantoor van Philips eerst, en later naar een multifunctioneel complex (denk aan een duurzaamheidscentrum en woningen); karakteristieken als betonnen constructie (een van de eerste toepassingen van gewapend beton, het zogenaamde Hennebique-systeem), enorme raampartijen en hoge ruimtes bleven behouden.
In de loop der jaren is één gebruik niet gewijzigd: De welbekende toren wordt ‘s avonds nog altijd verlicht; ditmaal door LED-verlichting. Vanuit het oogpunt van duurzaamheid (een expertise van LIAG) is dat maar goed ook!